“Hier is een vastgoedstylist aan het werk geweest” is het ergste wat je tegen mij zou kunnen zeggen. Een huis moet er uitzien alsof de bewoners hun huis netjes onderhouden, geordend zijn en het moet sfeervol zijn. Toch zie ik steeds vaker huizen waarvan de inrichting overduidelijk gestyld is voor de verkoop. Slaan vastgoedstylisten niet een beetje door onderhand?
Wanneer is komt een inrichting te gestyleerd over?
- Als er dienbladen met ontbijt op het bed staan, als er fles wijn en glazen op het terras staan, als de pagina’s van tijdschriften op een gekunstelde manier zijn opgerold (ja, serieus, ik zie het regelmatig bij collega’s). Bij wie staat er standaard een dienblad met een beschuitje en een eitje op het strak opgemaakte bed? Wie leeft er op die manier? Op moederdag vind ik het leuk als de kinderen me verrassen met ontbijt op bed maar geloof me, dan zijn de lakens verkreukeld. Dan is het bed echt niet strak opgemaakt, liggen er geen sierkussens op en zit ik er in met een slaperig hoofd en mijn haar op onweer.
- Een huis van 5 ton met goedkope inrichting en accessoires van Ikea. En dan niet de duurdere Hella Jongerius vaas die jarenlang in de collectie zat maar de plastic lampjes van € 2,50, de goedkope bloempotjes met een plastic plantje er in en het Indira sprei van € 14,95 met een goedkoop fleece-je over het voeteneind en de goedkoopste sierkussens om het af te kleden. Die combi wil ik liever helemaal niet meer zien!
- Een inrichting die er uitziet alsof alles rechtstreeks uit de showroom komt. Een goede vastgoedstylist weet te meubilair te combineren. Kijk goed naar de woonbladen, en dan niet één maar alle tijdschriften op interieurgebied. De enige plaatjes die je daar in ziet van een eettafel met bijpassend dressoir én salontafel, staan in advertenties van woonwinkels.
- Huizen die deels onderhanden genomen zijn. Om kosten te besparen is dan alleen de woonkamer, de ouderslaapkamer en de keuken gedaan en misschien nog wat handdoeken in de badkamer. Maar de rest ziet er niet je van het uit. Daardoor schreeuwen de ruimtes die er wel goed uitzien: Hier is een stylist geweest!
- Alles in tweevoud, ik krijg er de kriebels van: Twee dezelfde bloempotten, geflankeerd door twee dezelfde windlichten in de vensterbank. 2 Dezelfde vaasjes, 2 dezelfde van alles. Groepeer die bloempot, dat vaasje en dat windlicht. Maar dupliceren: gewoon-niet-meer-doen! Weg met de symmetrie!
- Sommige vastgoedstylisten lijken de behoefte te voelen om alles te pimpen, elke beschikbare oppervlak. Kijk naar al mijn spullen! Kijk naar mijn stylingkunsten! Nee, bedankt – Het belangrijkste van een gestyld huis is… Het huis!
De gemakkelijkste manier om in het styling vak te rollen is vastgoedstylist te worden. Je bouwt een website, laat een logo maken en wat visitekaartjes drukken en voila! Je bent vastgoedstylist. Ook al lijkt het werk je nog zo leuk: Stylen is een gevoelskwestie, Je kunt technieken leren maar het is iets wat in je zit of niet. Wees daarin eerlijk tegenover jezelf, zit het niet in je dan blijft het er gekunsteld uitzien. En gekunsteld is niet goed! Heb je het wel in je? Pak het dan goed aan!
Wanneer heb je het werk dan wel goed gedaan?
- Mensen zoeken geen huis waarbij ze het gevoel krijgen dat er niet in geleefd mag worden. Ze zoeken een huis waar ze comfortabel in kunnen wonen. Een huis dat leefbaar is en waarin ze gelukkig kunnen zijn. Als ze het gevoel krijgen dat de huidige bewoners dat zijn dan kom je al aardig in de richting.
- Het is heel belangrijk om te kijken naar de omgeving en de doelgroep: De inrichting van een huis dat is bedoeld voor starters mag best een interieur hebben van het Zweedse woonwarenhuis. Een huis dat geschikt is voor een grote familie heeft echt een grote eettafel nodig met voldoende stoelen waar iedereen gezellig omheen kan zitten. Een dure woning heeft gewoon meubilair nodig dat geen Leen Bakker of Ikea uitstraling heeft. Dat wil niet zeggen dat je van die winkels helemaal geen meubilair kunt gebruiken. Zorg er voor dat het complete plaatje past bij de woning.
- Onlangs was ik bij een klant wiens buurvrouw ook vastgoedstylist is. Mijn klant was verbaasd dat ik vrijwel alle spullen liet staan. Haar buurvrouw rijdt namelijk voor met een busje en vervangt alle accessoires in een huis voor haar eigen zwart-wit spullen. Het is goed om je eigen stijl te ontwikkelen. Maar het is vooral belangrijk om te leren creatief te zijn met de spullen die al aanwezig zijn. Druk dus niet te veel je eigen stijl door met accessoires die eigenlijk niet bij de inrichting passen maar die je hebt gekocht omdat jij het mooi vindt.
- Een huis waar mensen blijven wonen tot het verkocht is moet er, tijdens de bezichtiging, net zo uitzien als op de foto’s. Dus accessoires meenemen naar een klus kan heel goed, maar laat het dan achter. Willen of kunnen verkopers daar niet voor betalen, doe het dan met de spullen die je in het huis vindt. Vraag gewoon of ze nog een mooie schaal hebben, gebruik spullen uit andere ruimtes om het plaatje compleet te maken. Als je jezelf dwingt om zoveel mogelijk gebruik te maken van de spullen die aanwezig zijn, kun je pas echt laten zien hoe creatief je bent!
- Sla niet door, lang niet ieder huis heeft een complete make-over nodig. Mijn basisregel: Alles moet uit huis wat niet is gekocht om het huis aan te kleden. Wat ze in het Engels zo mooi clutter noemen; de rommeltjes op de hoek van het aanrecht, de stapel kranten op de stoel, post op het kastje in de gang, de kindertekeningen en notities op de koelkast. Kortom, de dagelijkse rommeltjes die ieder huishouden heeft en die het huis een rommelig aanzien geven. Vraag of de klant een krat of wasmand heeft en haal eerst eens al die dingen weg, groepeer eenzame accessoires en kijk dan wat er nog nodig is. Geloof me, vaker niets dan iets.
De reden waarom huizen klaar gemaakt worden voor de verkoop is om het sneller te verkopen tegen een zo hoog mogelijke prijs en voor de makelaar natuurlijk dat zijn merk goed wordt gepresenteerd. Als vastgoedstyling doorslaat en de kijker het gevoel krijgt dat alles in scene is gezet, het te cliché, te gemaakt en te steriel is, sla je de plank mis. Dan zien ze zichzelf er net zo min in wonen als in een huis dat te persoonlijk en rommelig is. Een kijker moet geraakt worden door het huis, door de sfeer. Het moet een harmonieus beeld scheppen, schoon en opgeruimd zijn. De potentiële koper moet dwars door de inrichting heen kunnen kijken en de ruimte zien. In de beleving van de kijker moet een huis vooral echt zijn. Want pas dan ziet hij of zij zichzelf met een kop koffie onder een dekentje op de bank zitten.
Wow, die is raak Nicolet! Heb dit stuk met plezier gelezen. Rake opmerking richting een bepaalde opleiding?? Ik weet, moet nog veel leren maar ik werk vrijwel altijd met de spullen die ik in een woning vindt. Daar ga ik mee aan de slag. Soms kan een ruimte wel een mooie accessoire gebruiken en die schaf ik ook voor die woning c.q. ruimte aan. O ja als het echt niet anders kan gebruik ik ook nepbloemen of kruidenpotjes maar dan wel om het toevoegen van kleur.
Wil wel een kanttekening plaatsen. Heb nu tweemaal een lege woning mogen stylen en fotograferen. Een appartement waar echt niets meer in stond heb ik met een laag budget voorzien van de basiselementen en ja dan moet je hebben van de kringloop e.d en je creativiteit overuren laten maken. En een woning waar ik gelukkig de verkopers ervan heb kunnen overtuigen de basiselementen te laten staan en waarmee ik aan de slag ben gegaan.
Maar ben blij met jouw eerlijkheid!
Dank je wel Carin! Ik heb het niet over een specifieke opleiding, maar kennelijk herken je wel dingen uit een opleiding 🙂
Het is heel goed dat je oplossingen zoekt die binnen het budget van de klant passen. Ik gebruik ook wel eens kringloop meubilair en ook Ikea komt er heus wel aan te pas. Het gaat om de combinatie, je creativiteit! Niet in ieder huis hetzelfde trucje toepassen. En je realiseren dat er een enorme wereld is buiten Ikea waar je met een laag budget prima terecht kunt. Groothandels bijvoorbeeld. Of ik werk veel met meubels van Basic Label, inkoop zijn die vaak goedkoper dan Ikea maar het is veel beter toe te passen in interieurs van duurdere huizen.